Wij verzamelen en delen geen privacy gevoelige informatie via deze website en gebruiken alleen noodzakelijke, functionele cookies. Deze helpen de website bruikbaarder te maken, door basisfuncties als paginanavigatie en toegang tot beveiligde gedeelten van de website mogelijk te maken. Zonder deze cookies kan de website niet naar behoren werken.
Voor je gevoel maakt het misschien niet uit of je gaat samenwonen mét of zonder trouwboekje (of geregistreerd partnerschap). Als je maar gelukkig bent... Toch zijn er (financieel) grote verschillen. Nu én later. We lichten die graag toe. Hieronder vind je alvast vijf aandachtspunten.
1. De gezamenlijke woning
Het onderscheid tussen 'gewoon' of getrouwd samenwonen is iets anders bij een huurwoning ten opzichte van een koopwoning.
2. Bezittingen en schulden
Bij samenwonen geldt dat spullen die je samen koopt, ook van jou en je samen partner zijn. Van spullen die je zelf (alleen) kocht, blijft jij de eigenaar, tenzij je hier andere afspraken over hebt gemaakt in het samenlevingscontract of in een notariële akte. Overigens moet je kunnen bewijzen welke spullen van jou of jullie zijn. Houd daarom een administratie bij. Soms staat dit ook als verplichting in je samenlevingscontract.
Bij trouwen of een geregistreerd partnerschap gelden de regels uit de wet (tenzij julllie bij de notaris iets anders hebben geregeld over jullie bezittingen en schulden). Welke regels er gelden, is afhankelijk van jullie trouwdatum.
Tenzij er natuurlijk (huwelijkse) voorwaarden zijn overeengekomen.
3. Kinderen
Van een stel dat samenwoont en een kind krijgt, is alleen de moeder volgens de wet de (juridische) ouder. Zij heeft dan oo alleen het gezag. Als de vader dezelfde rechten en verantwoordelijkheden wil, dient hij het kind eerst bij de gemeente te erkennen. Daarna moeten jullie het gezamenlijk ouderlijk gezag aanvragen bij de rechtbank.
Wordt jouw kind tijdens het huwelijk of geregistreerd partnerschap geboren? Dan ben je allebei juridisch ouder en heb je samen het ouderlijk gezag over jullie kind. Hier wijkt de wet wat af in geval van geregistreerde partners. Is jullie kind geboren vóór 1 april 2014? Dan moet de vader het kind eerst erkennen om juridisch ouder te worden.
Ongeacht binnen welke vorm je samenwoont, geldt: ga je uit elkaar en heb je samen het gezag over de kinderen? Dan moet je samen een ouderschapsplan opstellen. Je moet ook afspraken maken over de kinderalimentatie.
4. Erven
Bij samenwonen geldt dat je geen erfgenaam van elkaar bent, tenzij je dit in een testament hebt geregeld.
Bij een huwelijk of geregistreerd partnerschap ben je automatisch elkaars erfgenaam, tenzij in een testament iets anders is vastgelegd.
Hoeveel je van een erfenis overhoudt, wordt mede bepaald of je volgens de (belasting)wet wel of geen partners bent. Soms kom je daarvoor ook in aanmerking zonder samenlevingscontract. De webpagina Wie zijn partners voor de erfbelasting licht dit toe.
5. Scheiden
Bij samenwonen geldt dat je voor beëindiging van de relatie niet naar de rechter hoeft. Heb je een samenlevingscontract dan staat daarin hoe je dat beëindigt. Soms vermeldt het ook wat je onder elkaar moet verdelen.
Ben je getrouwd en ga je uit elkaar? Dan heb je de rechter nodig om te scheiden. Dat geldt ook als je een geregistreerd partnerschap hebt en beiden het ouderlijk gezag over de kinderen hebt.
Heb je een geregistreerd partnerschap en geen kinderen, of heb je niet beiden het ouderlijk gezag over de kinderen? Dan kun je met behulp van een advocaat of notaris scheiden. Je maakt afspraken over partneralimentatie en de manier waarop je jullie opgebouwde pensioen(en) verdeelt. Ook weer tenzij je dit hebt uitgesloten in de huwelijkse voorwaarden of partnerschapsvoorwaarden.
Als je wilt gaan samenwonen of trouwen dan is het belangrijk om te weten wat de juridische en financiële gevolgen zijn. Wij kunnen je snel inzicht geven in welke zaken te regelen voor onder andere de woning, bezittingen en schulden, kinderen en vererven.
Bel ons op nummer 070 - 392 61 64
Of vul hier jouw nummer in en wij bellen je zo snel mogelijk terug.
Heb je nog geen vast contract, dan kun je je werkgever vragen of hij op zijn werkgeversverklaring wil opschrijven dat het zijn bedoeling is om jouw huidige dienstverband voor 'bepaalde tijd' na afloop om te zetten naar een arbeidsovereenkomst voor 'onbepaalde tijd' (een vaste baan). Voor de meeste geldverstrekkers biedt dat voldoende zekerheid bij het beoordelen van een hypotheekaanvraag.
Ook als er geen zicht is op een vaste dienstverband, bestaat de mogelijkheid dat de bank zijn oordeel wil baseren op basis van je gemiddelde inkomen uit de laatste 3 jaar. Dit noemt men wel het 'flexinkomen'. We kunnen tegenwoordig met diverse uitzendorganisaties in overleg treden om een toetsinkomen vast te stellen. We bespreken de mogelijkheden graag met je.
Via het jaarlijks kostenpercentage (JKP) krijg je een betere vergelijking tussen hypotheekaanbieders. Het JKP is het percentage dat je betaalt inclusief bijkomende kosten én rekening houdend met of je vooraf of achteraf de rente betaalt. Het drukt de totale kosten van de hypothecaire lening uit als jaarlijks percentage. Dat is dus altijd hoger dan de nominale rente (de hypotheekrente). In de berekening van het JKP is een inschatting van de volgende kosten meegenomen:
Het Nederlands belastingstelsel is opgedeeld in drie zogenaamde ‘boxen’.
Voordeel van een eigen woning is, dat je in Box 1 de betaalde hypotheekrente mag aftrekken van je inkomen. Daar tegenover staat dat je het ‘eigenwoningforfait’ erbij moet optellen. Toch levert dat per saldo vaak een fikse teruggave op.
Direct verlagen van je maandlasten
Het belastingvoordeel krijg je normaal gesproken in één keer terug binnen 2-3 maanden nadat je aangifte deed over het afgelopen jaar. Je kunt echter ook zorgen dat je direct al maandelijks een teruggave krijgt. Dat betekent elke maand lagere woonlasten. Je doet dat in vier eenvoudige stappen in Mijn Belastingdienst, via een Verzoek om een voorlopige aanslag. Zorg dat je je gegevens hiervoor bij de hand hebt. Dit zijn naast je DigiD in ieder geval:
Geen aftrek hypotheekrente*
Heb jij een tweede woning gefinancierd met een hypotheek? De hypotheekrente die je hiervoor betaalt is niet fiscaal aftrekbaar. Dit geldt ook als je een deel van de hypotheek niet gebruikt voor de eigen woning, maar bijvoorbeeld voor het kopen van een auto. Dit heeft te maken met het feit dat dit deel van de hypotheek dan niet in box 1 valt, maar in box 3: bezittingen en schulden.